Cothen



Geschiedenis In het Kort
Navigatie: / home / geschiedenis

Geschiedenis Cothen

Voorburcht kasteel Rhijnestein ca. 1728

Cothen moeten we beschouwen als een relatief jonge plaats. In de omgeving van Cothen zijn wel archeologische vondsten gedaan die wijzen op activiteiten van de Romeinen. In de geschiedenis vinden we een oudste vermelding van 1126.

De oorsprong van de naam heeft vermoedelijk te maken met een een benaming voor een natuurlijk verhoogde plek bij een bocht van de rivier de Kromme Rijn. De kern van het dorp is de aloude Brink. Bodemvondsten wijzen erop dat het dorpje ontstaan is in de tiende eeuw. Dit zou dus geweest moeten zijn na de tijd van de Noorman invallen.

In de begindagen woonde men waarschijnlijk vooral ten westen en zuidwesten van het dorp. In een goederenlijst uit de vroege middeleeuwen van de St. Maartenskerk in Utrecht komen de nederzettingen Simile en Turre voor. Deze plaatsen zijn te vinden ten westen en zuidwesten van de huidige dorpskern. Dit zou ter hoogte zijn van de Tuurdijk en De Zemelen. Ten zuiden van Cothen ligt het gebied Dwarsdijk (ook wel Nijendijk), en is waarschijnlijk van dezelfde leeftijd.

Machthebbers en conflicten
Cothen, Dwarsdijk en omgeving waren in het bezit van de Utrechtse kerk. De goederen werden beheerd vanuit een curtis (hof) die zowel in Cothen als Dwarsdijk aanwezig waren. In ca. 1040 kwam Cothen in bezit van het Domkapittel en in 1322 werd Dwarsdijk door de Utrechtse Bisschop ook overgedragen aan het Domkapittel. De Domproost die aan het hoofd stond van dit kapittel kreeg hiermee de zeggenschap over deze streek. Het gezag van deze ambtsheer werd echter ondermijnd door de Heren van Wijk bij Duurstede en de Leenheren van Rhijnestein te Cothen.

In de geschiedenis wordt er voor het eerst in 1248 gerept over de woontoren van Rhijnestein. Rhijnestein werd in 1355 belegerd door de Hollanders, die in het hele dorp grote schade aanrichtten. In 1361 werd Rhijnestein beleend aan Margaretha van Arkel door de Heer van Wijk Bij Duurstede, Gijsbrecht van Abcoude, die tevens de neef was van Margaretha. Uizicht op het Dorp Cothen ca. 1786 Na de dood van Margaretha gaat het goed naar de bastaardzoon van Bisschop Jan van Arkel die tevens een kleinzoon van haar is. Jan van Arkel noemt zichzelf nu Rhijnestein en zal vanuit zijn geërfde huis de opvolgers van zijn vader en andere utrechtse machthebbers dwarszitten.

In 1396 werd met een strafexpeditie vanuit Utrecht het kasteel veroverd. Nadien kwamen er verschillende Heren op het landgoed. Inmiddels hadden de Heren van Wijk Bij duurstede het goed al aan de stadsvrijheid van Wijk Bij Duurstee gekoppeld waardoor dit gebied binnen hun machtsmogelijkheden kwam te liggen. De laatste Heer van Wijk bij duurstede, Jacob van Gaasbeek, verloor door een conflict met de Utrechtse Bisschop zijn goederen. Op deze manier kwam Cothen weer aan een Bisschop.

De burgeroorlog waarin Bisschop David van Bourgondië terecht kwam, liet vernietigende sporen na in het dorp Cothen. In 1459 gaf David Cothen opnieuw in beheer van het Domkapittel en verstevigde daarmee in 1467 de onafhankelijke positie van Rhijnestein. Hierdoor heeft Cothen als zelfstandige eenheid bestaan, tot de herindeling in 1996. Toen werden Cothen, Langbroek en Wijk Bij Duurstede één nieuwe gemeente. In 1811 werd het gerecht Dwarsdijk bij Cothen gevoegd. Rhijnestein wordt nog steeds bewoont door een adellijke familie.

Kerken
De geschiedenis van de kerken in Cothen begint in 1375. In dat jaar wordt er voor het eerst melding gemaakt van een kapel in Dwarsdijk. Hoogstwaarschijnlijk was deze kapel al wel langer in gebruik. Deze kapel stond waar nu de kruising is van de Smidsdijk en Kapelleweg. De kapel behoorde tot de parochie Werkhoven en zou nooit uitgroeien tot een kerk met een afzonderlijke parochie. De priester die de kapel bediende bleef na de bestending van de reformatie in 1581 vasthouden aan het Roomse geloof, net zoals het grootste deel van de bewoners van de Dwarsdijk. N.H. kerk en rechtsachter kasteel Rijnestein.a. 1760 Na de dood van de priester werd de bouwvallige kapel als school gebruikt waar de katholieke leer werd gepredikt. Dit tot woede van de protestanten die hier meerde malen tegen protesteerden.

In de 18e eeuw werd de kapel afgebroken. De fundamenten van deze kapel zullen waarschijnlijk nog aanwezig zijn. In de 12e eeuw kreeg Cothen een gebedshuis aan De Brink. Deze viel onder de kerk van Doorn en was gewijd aan de H. Agnes. Deze kerk kreeg later een heuse eigen parochie. Door de jaren heen liep deze kerk vele malen schade op tijdens de vele gevechten in het dorp. Tevens was het lange tijd een noodkerk. Na een fikse schade opgelopen in de Stichtse burgeroorlog werd de kerk in 1460-1465 hersteld, verfraaid en vergroot. In 1672 brandde de kerk uit tijdens de Franse opmars. Voor het kleine aantal gereformeerden was het herstel niet op te brengen. Het duurde tot 1735 voordat het kerkgebouw weer werd hersteld, waarbij de oude toren voorgoed verdween. Lter is de kerk nog een paar keer gewijzigd. Enkele tufstenen zijn nog een overblijfsel van een ver verleden.

De katholieken gingen sinds 1695 naar een schuilkerk. Deze bevond zich in het achterhuis van een boerderij. Het duurde tot 1838 voor op deze plek een nieuwe RK-kerk werd gebouwd. In 1905 werd begonnen met de bouw van een nieuw kerkgebouw aan de Kerkweg. Deze kerk is nog steeds in gebruik.

Agrarisch gebied
De gebieden Cothen en Dwarsdijk zijn zogenaamde agrarische gemeenschappen. De hoger gelegen gronden werden altijd het eerst gebruikt voor akkerbouw. Vanaf de eng buiten de Brink werd in zuidelijke richting de grond ontgint. Door de verspreid liggende bebouwing is de ontginning in het gehucht Dwarsdijk minder structureel verlopen. Daardoor zijn de kavelvormen erg onregelmatig en vormen een grillig patroon in het landschap. Door het ontginnen van het land kwam ook de veeteelt langzaam aan op gang. Deze veeteelt werd echter door de landbouwcrisis aan het einde van de negentiende eeuw omgezet in vee- en fruitteelt. Fruitteelt vind heden ten dage nog steeds plaats in Cothen.

Naast Rhijnestein bezat Cothen nog een aantal versterkte huizen. Deze zijn echter helaas allemaal verdwenen. In 1939 zijn er wel restanten gevonden van een oude versterking waarvan de naam onbekend is. Ten westen van Cothen aan de Kromme Rijn lag het 14e eeuwse Bloemenweerd. Hiervan word nog melding gemaakt in de 18e eeuw. Op de plaats waar de Dwarsweteringsdijk en de Wijkersloot samenkomen lag Royestein (wat anders dan Rhodesteyn in Langbroek). Dit goed komt halverwege de 15e eeuw voor in oude archiefstukken maar is in de twede helft van de 19e eeuw afgebroken.

Aan de westzijde van de Smidsdijk stond een woontoren, Werestein genaamd. (ook weer niet te verwarren met Weerdestein in Langbroek). Op deze plek staat nu een boerderij met dezelfde naam. Ook het goed Ten Zyl dat ten noordoosten van Cothen lag aan de Hoofdwetering is verdwenen. Westelijk van Cothen lag tussen het Zandpad en de Kromme Rijn het 15e eeuwse buiten Stenisweerd. Hiervan is nog een deel van de oude gracht aanwezig rondom de gelijknamige boerderij.

Laatste ontwikkelingen
Het overgrote deel van Cothen bestaat uit bebouwing van de laatste 100 jaar. Na de bouw van de Rooms-katholieke kerk in 1905 vond via lintbebouwing verdichting plaats tussen deze kerk en de oude brink. Halverwege de twintigste eeuw werden uitbreidingsplannen opgesteld die voorzagen in uitbreidingen ten zuiden van de oude kern. De historische kern werd beschermd dorpsgezicht. Industrialisatie heeft nauwelijks plaats gevonden.

Wil je zoeken in de geschiedenis van onder andere Cothen? Kijk dan eens op Sabine. Op deze site kan gericht worden gezocht in allerlei bestanden met (gescande) historische artikelen en boeken.

Sitemap Home Omhoog